ECLI:NL:RBNNE:2024:3489 Rechtbank Noord-Nederland, 06-09-2024, 18-125192-22
.
.
Verdachte wordt veroordeeld voor opzettelijke brandstichting en beschadiging tot een onvoorwaardelijke jeugddetentie voor de duur van 347 dagen met aftrek van voorarrest. Daarnaast legt de rechtbank aan verdachte een voorwaardelijke PIJ-maatregel op met een proeftijd van 3 jaren.
Minderjarige verdachte veroordeeld voor twee poging straatroven en belediging van politieagenten, tot een voorwaardelijke jeugddetentie van twee maanden en een werkstraf van 80 uren.
Minderjarige verdachte veroordeeld voor vier forse geweldsdelicten (drie mishandeling en één poging straatroof), tot een voorwaardelijke jeugddetentie van zes maanden en een werkstraf van 80 uren.
De rechtbank veroordeelt verdachte voor belaging, bedreiging en het voorhanden hebben van een veerdrukpistool. Deze feiten worden in (sterk) verminderde mate aan verdachte toegerekend. De rechtbank veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van twee maanden, met aftrek van het voorarrest. Daarnaast wordt, in navolging van de adviezen van de deskundigen, de maatregel van terbesch…
Conclusie A-G. Poging woningoverval (art. 45 jo. art. 312 Sr). 1. Bewijsklachten. 2. Klacht over strafmotivering. 3. Klacht over het oordeel van het hof dat de b.p. immateriële schade heeft geleden. Sprake van aantasting in de persoon op andere wijze? De conclusie strekt tot vernietiging van de bestreden uitspraak, maar uitsluitend wat betreft de beslissing op de vordering van de b.p. en de opl…
De rechtbank veroordeelt een 32-jarige vrouw voor het stalken van haar ex-partner, het in brand steken van zijn schuur, het bekladden van zijn woning, het vernielen van zijn meterkast en het in brand steken van een auto. De rechtbank acht de vrouw verminderd toerekeningsvatbaar en legt een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden op, met een proeftijd van 3 jaren, met bijzondere voorwaarde…
Jeugdstrafrecht. Bewezenverklaring diefstal met geweld op de openbare weg en in vereniging gepleegd. Overschrijding redelijke termijn. Oplegging van een werkstraf.
Jeugdstrafrecht. Bewezenverklaring medeplegen van poging tot opzettelijk een ontploffing teweegbrengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten is en medeplegen van handelen in strijd met artikel 26 lid 1 WWM. Verweer verdediging m.b.t. vrijwillige terugtred verworpen. Oplegging van een deels voorwaardel…
Gevangenisstraf van drie maanden voor witwassen. Tas met bijna € 50.000,- contant geld onder bedenkelijke omstandigheden.
Verbeurdverklaring contant geld.
Vrijspraak voor uitvoer van MDMA. ‘Chain of evidence’ niet sluitend.
Vrijspraak voor handelen in strijd met de Geneesmiddelenwet. Geen sluitend bewijs dat het om ketamine ging. Geen bewijs dat het om een ‘werkzame stof’ ging als bedoeld in …
Toepasselijkheid artikel 1:265e BW zonder uithuisplaatsing.
1:265b lid 1 en 1:265c lid 2 BW: verlenging machtiging uithuisplaatsing
In de beschikking van 3 november 2022 heeft het hof op basis van de bevindingen en conclusies van de deskundigen geoordeeld dat het niet in het belang van de minderjarige is om te werken naar een terugplaatsing bij de moeder. Het hof is van oordeel dat het tegen de achtergrond van deze recente beslissing van het hof op de …
Inhoudelijke beoordeling machtiging tot uithuisplaatsing en verzoek tot nader onderzoek op grond van artikel 810a Rv
Uithuisplaatsing
Bekrachtiging verlenging uithuisplaatsing. Afwijzing verzoek tot onderzoek 810a lid 2 Rv.
Het hof bekrachtigt de bestreden beschikking waarbij een machtiging voor gesloten jeugdhulp is verleend.
Bekrachtiging vaststelling omgangsregeling op verzoek gecertificeerde instelling, artikel 1:265g lid 1 BW.
Appellanten niet-ontvankelijk in hoger beroep voor wat betreft ene minderjarige. Ten aanzien van andere minderjarige niet-ontvankelijk ten aanzien van de ondertoezichtstelling. Wel een inhoudelijke beoordeling machtiging tot uithuisplaatsing.
Ondertoezichtstelling (artikel 1:255 lid 1 Burgerlijk Wetboek).
Overeenstemming tijdens mondelinge behandeling in hoger beroep